Boerderij: Geen gelijke aanpak vogelgriep in Duitsland

15-02-2017

Van een uniforme omgang met de regels rond de ophokplicht is in Duitsland geen sprake. In Baden-Württemberg heeft de landbouwminister de trukendoos opengetrokken om de uitloopeierenhandel te beschermen en in Nedersaksen wordt de ophokplicht versoepeld, ondanks de waarschuwing van het nationale referentielaboratorium dat het risico op insleep hoog blijft.

De truc van het landbouwministerie van Baden-Württemberg valt niet in goede aarde. Met die truc kunnen vrije-uitloopeieren nog steeds met het etiket ‘Freiland’ worden verkocht, ondanks de aanhoudende vogelgriepepidemie en de verstreken termijn van maximaal twaalf weken ophokplicht. Niet alleen in Nederland, maar ook in de overige Duitse deelstaten. Baden-Württemberg hief de ophokplicht voor de vorm één dag op, waardoor aan een nieuwe periode van twaalf weken kon worden begonnen en uitloopeieren in de winkels niet van een ander etiket behoeven te worden voorzien.

Oneerlijke concurrentie
Landbouwminister van Nedersaksen Christian Meyer stelt vast dat van alle deelstaten alleen Baden-Württemberg de bedoelde truc heeft toegepast. Hij laat weten dat daarmee sprake is van oneerlijke concurrentie, die zich ‘noch in de EU, noch in Duitsland mag voordoen’.

Meyer is daarom blij dat Brussel in dat opzicht duidelijk stelling heeft genomen. Hij verwacht tegen deze achtergrond dat Baden-Württemberg het juridisch gladde ijs, waarop het zich heeft begeven, snel weer verlaat. Tevens doet hij een beroep op bondsminister Christian Schmidt om ervoor te zorgen dat in heel Duitsland de regels op uniforme wijze worden toegepast. Dat Schmidt tot dusver geen woord aan het ‘gegoochel’ van Baden-Württemberg heeft verloren, noemt Meyer totaal misplaatst.

Gedeeltelijk opgeheven ophokplicht
Dezelfde minister Meyer betreurt het niettemin wel dat de EU ondanks deze afkeuring niet wat flexibeler omgaat met de twaalfwekenregel. Deze week hief hij daarom voor delen van Nedersaksen de ophokplicht op. Gebieden waar niet zo veel commercieel pluimvee is (minder dan 1.000 dieren per vierkante kilometer) hoeven aan die plicht niet meer te voldoen. Daarmee zijn in deze pluimveerijkste deelstaat van Duitsland vooral de hobbyhouders geholpen. Volgens Meyer blijft voor meer dan 90% van het Nedersaksische commerciële pluimvee de stalplicht van kracht. Daarbij gaat het om onder meer de aan Nederland grenzende gebieden Emsland en Vechta.

Dreiging buitengewoon hoog
Desondanks roept de versoepeling vragen op en niet alleen omdat Nedersaksen de truc van Baden-Württemberg afwijst. Een feit is namelijk ook dat het nationale referentielaboratorium (FLI) nog zo recent als maandag 13 februari het risico op insleep van het virus H5N8 in een geactualiseerde inschatting onveranderd als buitengewoon hoog classificeerde.

Het aantal tot nu toe getroffen pluimveebedrijven (69) in Duitsland heeft volgens het FLI een nog niet eerder waargenomen omvang aangenomen. De preventie heeft daarom ‘de hoogste prioriteit’, aldus het laboratorium. Met name ook het ophokken verkleint het risico, naast de andere preventieve maatregelen op het gebied van de hygiëne, zo luidt de aanbeveling van het FLI.

 
 

Inloggen op de ledenportal