Pluimveeweb: Fipronil maanden na toediening aantoonbaar in eieren

31-07-2017

Het verloop van fipronil-gehalte in ei, kip, mest is nu nog onbekend, maar de eerste resultaten duiden erop dat maanden na toediening fipronil nog aantoonbaar is in eieren. Het is aan elke pluimveehouder zelf om te besluiten wat in zijn situatie bedrijfseconomisch de beste optie is.

Dat maakte de NVWA onlangs bekend. Vorige week zei consultant Jan Brok al tegen Pluimveeweb dat hij verwacht dat de fipronilaffaire de sector tientallen miljoenen euro’s gaat kosten. Leghennenhouders waar fipronil in de eieren is gevonden – en die hun hennen vroegtijdig moeten ruimen – lijden honderdduizenden euro’s schade, wat voor sommigen tot een faillissement zal lijden, volgens Brok.

De NVWA zegt haar uiterste beste te doen zo snel mogelijk duidelijkheid te geven over de resultaten van het monsteronderzoek. „Wij hopen dit binnen enkele dagen te kunnen doen. Omdat het onderzoek naar fipronil in eieren de hoogste prioriteit heeft, duurt het onderzoek naar fipronil in mestmonsters langer”, meldt de NVWA.

Afnemers informeren

Wanneer het gehalte fipronil in de eieren boven de maximale residulimiet voor fipronil zit van 0,005 mg/kg is een leghennenhouder verplicht zijn afnemers te informeren, ook de afnemers in het buitenland.

Wanneer een leghennenhouder eieren heeft verkocht, is hij verplicht hierover melding te doen aan de NVWA. Dit moet via de website van de NVWA. De NVWA zal – in geval van afnemers in het buitenland - dan de autoriteiten in het betrokken land infomeren.

Pakstation en pluimveebedrijf

Leghennenhouders – die geblokkeerd zijn – met een pakstation moeten kunnen aantonen dat ze bij het pakstation uitsluitend gestempelde eieren van andere niet geblokkeerde bedrijven ontvangen, de bedrijfsvoering volledig gescheiden is en de traceerbaarheid van de stromen kunnen aantonen. Dan wordt het onderdeel pakstation niet geblokkeerd. De NCAE houdt hierop toezicht.

Voor de afvoer van eieren / mest / pluimvee heeft een pluimveehouder toestemming nodig van de NVWA. De pluimveehouder kan een verzoek indienen bij ICB@nvwa.nl onder vermelding van datum afvoer, vervoermiddel, ophaaladres en bestemmingsadres. De pluimveehouder dient de afvoer zelf te regelen met Rendac (eieren / pluimvee) of BMC (mest). De NVWA houdt steekproefgewijs toezicht op de afvoer.

Goede analyseresultaten

Als één of meer stallen goede analyseresultaten van de NVWA hebben dan kan een leghennenhouder (onder toezicht van de NVWA) vanuit die stal(len) weer leveren mits de stromen eieren, dieren en mest vanuit deze stallen aantoonbaar gescheiden zijn gebleven van de stromen uit stallen die wel behandeld zijn. Tevens dient de leghennenhouder de traceerbaarheid van de stromen te kunnen aantonen. De pluimveehouder dient een aanvraag in te dienen bij ICB@nvwa.nl

Geen lijst met geblokkeerde bedrijven

Er is geen lijst met geblokkeerde bedrijven gepubliceerd omdat de pluimveesector aan zet is voor een terughaalactie uit het handelskanaal. Als dit niet snel of volledig genoeg gebeurt en er is sprake van een gevaar voor de volksgezondheid/voedselveiligheid dan kan de NVWA juridisch overgaan tot een algemene publiekswaarschuwing. Dat is in dit geval niet aan de orde. Daarom worden de namen van de bedrijven niet bekendgemaakt.

Bekijk meer vragen en antwoorden voor geblokkeerde bedrijven op de website van het NVWA.

Tekst:Tom Schotman

 
 

Inloggen op de ledenportal