Boerderij: Virologen: aanpassing regels vogelgriepvaccins nodig

17-01-2019
Virologen Riks Maas en Jeroen Kortekaas bepleiten dat de EU de regelgeving voor GMO-vaccins aanpast, ten bate van vaccinatie tegen vogelgriepvirussen.

De Europese Unie moet de regelgeving voor GMO-vaccins aanpassen, zodat bij het ontwikkelen van vaccins tegen vogelgriep sneller op de actualiteit ingesprongen kan worden. Dat bepleiten 2 virologen van Wageningen Bioveterinary Research (WBVR), Riks Maas (tevens afdelingshoofd virologie bij het WBVR) en Jeroen Kortekaas, in een interview met het Tijdschrift voor Diergeneeskunde.

Vectorvaccins veelbelovend tegen vogelgriep

Een vaccintype dat als veelbelovend wordt gezien om in te zetten bij uitbraken van hoogpathogene vogelgriep zijn vectorvaccins. Dit vaccintype valt in Europa echter onder de GMO-wetgeving, waarvoor strenge registratie-eisen gelden. Een vectorvaccin bestaat uit een levend, verzwakt virus, de vector (bijvoorbeeld het bestaande vaccin tegen Newcastle Disease, NCD), waar genen ingebouwd worden van een ander virus – in dit geval vogelgriep – waardoor het vaccin tegen beide virussen zou werken.

Technologisch zijn we zo ver dat we heel snel nieuwe effectieve vaccins kunnen maken, zegt Maas in het tijdschrift van dierenartsenkoepel KNMvD. Het is mogelijk om heel snel een stukje uit het op dat moment rondgaande influenza-virus te halen en dat in te bouwen in het vectorvirus, licht de viroloog toe.

Daarmee zou het vectorvaccin makkelijk aangepast kunnen worden aan een nieuw vogelgriepvirus, een belangrijke voorwaarde voor een vaccin tegen vogelgriep gezien de snelheid waarmee deze virussen veranderen. Bovendien is een dergelijk vaccin eenvoudig als spray-enting toe te passen, zoals al gebeurt met het bestaande NCD-vaccin.

Registratie is struikelblok

Het probleem is echter dat iedere keer dat een nieuw gen wordt ingebouwd in het vectorvirus, het nieuwe vectorvaccin opnieuw door de hele registratieprocedure moet, wat meerdere maanden tot een jaar kan duren. “Het is wel mogelijk de vaccins in de EU geregistreerd te krijgen, maar het duurt heel lang”, aldus Maas. Hij bepleit dat als één bepaald vaccin veilig is bevonden voor toepassing in de EU, dat ook aanpassingen naar het actuele veldvirus onder de registratie vallen, zodat het vaccin in een noodsituatie snel aangepast en toegepast kan worden.

NCD-sprayenting. Zo zou ook het vectorvaccin tegen vogelgriep toegediend kunnen worden.

NCD-enting

Ook aan het vectorvaccin tegen vogelgriep zitten nog haken en ogen. Indien NCD als vector gebruikt wordt, botst dit op dit moment met de huidige verplichte NCD-enting. Veldsituaties waar een dergelijk vectorvaccin zich al heeft bewezen, zijn Maas niet bekend. De Nederlandse Chief Veterinary Officer (CVO) Christianne Bruschke zei eerder over vaccinatie tegen vogelgriep dat de wil er in Nederland zeker is om te vaccineren, mits er een vaccin is dat aantoonbaar spreiding tegengaat.

Veenbrand

Verschillende vogelgriepvaccins bleken in het verleden wel klinische verschijnselen te onderdrukken, maar verspreiding van het virus onvoldoende tegen te gaan, waardoor een soort veenbrand ontstaat. Dat zou ook voor deze vaccins nog in de praktijk getest moeten worden. Maar Maas verwacht dat een andere politieke houding in Europa ook de verdere technologische ontwikkeling van deze vaccins zal stimuleren: “Farmaceuten zullen vooral investeren in de ontwikkeling en registratie van een vaccin als hier markt voor is.”

 
Kirsten Graumans
 
 

Inloggen op de ledenportal