Boerderij: Vogelgriepvirus via indirect contact in uitloop over naar kip

09-10-2019
Het is aannemelijk dat vogelgriepvirussen via indirect contact door wilde watervogels worden overgedragen naar leghennen op vrije-uitloopbedrijven.

Uitwerpselen van wilde vogels in de uitloop zijn de belangrijkste risicofactor. Kippen kunnen besmet raken door opname van vervuilde grond of water met vogelpoep. Dat blijkt uit onderzoek van Wageningen Bioveterinary Research (WBVR), gevestigd in Lelystad.

Geen direct contact in gemonitorde uitloop

Onderzoekers van WBVR volgden met camerabeelden het bezoek van wilde dieren aan een uitloop op een Nederlands leghennenbedrijf. Er werden 8 digitale videocamera’s geïnstalleerd om 24 uur per dag activiteiten in de hele uitloop te volgen. In totaal werd 5.016 uur, verspreid over 209 dagen, aan video-opnames geanalyseerd. Op de camerabeelden was te zien hoe de uitloop door 24 verschillende soorten wilde vogels en 7 soorten zoogdieren werd bezocht. Uit de beelden bleek dat er in de uitloop geen direct contact is tussen kippen en wilde (water)vogels.

Het is volgens onderzoeken Elbers voor pluimveehouders met vrije-uitloopkippen en met een historie van herhaalde besmettingen met vogelgriepvirus, zaak de uitloop minder aantrekkelijk te maken voor wilde (water)vogels.

Kippen jagen vogels weg

Wilde eenden bezochten de uitloop vooral ’s nachts, in de periode november tot april. Verschillende soorten meeuwen kwamen tussen januari en augustus vrijwel dagelijks in de uitloop. Deze wilde vogels lieten zich in de uitloop zien tussen zonsondergang en het moment dat de kippen in de uitloop werden gelaten. “De kippen jagen de vogels weg. De dieren komen niet rechtstreeks in contact met elkaar”, zo vertelt WBVR-onderzoeker Armin Elbers, epidemioloog en leider van het onderzoek.

Nabij vluchroute migrerende watervogels

Het gemonitorde vrije-uitloopbedrijf bevindt zich nabij een vluchtroute van migrerende watervogels. Het betreffende bedrijf – dat vanwege privacyredenen niet met naam wordt genoemd – is in 10 jaar tijd 6 keer besmet geraakt met een vogelgriepvirus. Daarbij ging het meerdere keren om een virus waarvoor geen bestrijdingsplicht geldt. “In Nederland raken 30 tot 40 bedrijven – met name bedrijven met een uitloop – jaarlijks besmet met een vogelgripvirus. Daarbij gaat het vaak om varianten waarvoor geen bestrijdingsplicht geldt, zoals bijvoorbeeld H1, H2, H4, H6, H8, H9, H10 of H11”, aldus Elbers. Jaarlijks wordt een handvol pluimveebedrijven besmet met het vogelgriepvirus van de variant H5 of H7. Deze virustypen zijn bestrijdingsplichtig als er circulerend virus wordt gevonden, omdat de laagpathogene (nauwelijks ziekmakende) vormen van H5 en H7 kunnen muteren naar de hoog pathogene vorm.

We raden pluimveehouders aan hun vrije uitloop dagelijks te inspecteren en eventuele eieren en karkassen van dode kippen te verwijderen

Uitloop minder aantrekkelijk maken

Volgens Elbers is het voor pluimveehouders met vrije-uitloopkippen en met een historie van herhaalde besmettingen met vogelgriepvirus, zaak de uitloop minder aantrekkelijk te maken voor wilde (water)vogels. Aan de hand van het onderzoek zijn 2 belangrijke aanbevelingen geformuleerd. “We raden pluimveehouders aan hun vrije uitloop dagelijks te inspecteren en eventuele eieren en karkassen van dode kippen te verwijderen. Ook is het raadzaam om vorming van waterplassen in de vrije uitloop te voorkomen. “Waterplassen trekken wilde vogels aan. Met name watervogels worden aangetrokken door dit water. Ze kunnen erin zwemmen, gaan er op zoek naar voedsel, maar poepen ook in het water. Aanwezige vogelgriepvirussen worden met de uitwerpselen uitgescheiden. Vogelgriepvirussen kunnen bovendien lang in koud water overleven”, aldus Elbers, die het niet verstandig acht om nieuwe bedrijven met vrije-uitloop te beginnen in gebieden nabij waterwegen en natuur met wilde watervogels.

We raden vrije-uitloopbedrijven in risicogebieden en met een historie van eerdere besmettingen aan om wilde watervogels te weren, met name in de periode tussen zonsondergang en het tijdstip dat de kippen de uitloop betreden

Vrije-uitloopbedrijven in risicogebieden: weer watervogels

Veel vrije-uitloopbedrijven in Nederland zijn nog niet besmet geraakt met een vogelgriepvirus. Volgens WBVR komt dit waarschijnlijk vanwege het feit dat deze bedrijven zich bevinden in gebieden waar weinig tot geen blootstelling is aan wilde watervogels. “We raden vrije-uitloopbedrijven in risicogebieden en met een historie van eerdere besmettingen aan om wilde watervogels te weren, met name in de periode tussen zonsondergang en het tijdstip dat de kippen de uitloop betreden”, vertelt Elbers.

Laserapparatuur

Deze winter start WBVR een vervolgonderzoek naar het effect van laserapparatuur als middel om wilde (water)vogels te weren uit de uitloop. Het onderzoek vindt plaats op het leghennenbedrijf dat ook aan het eerste onderzoek meewerkte. Naast laserapparatuur is ook de inzet van getrainde honden volgens WBVR mogelijk een middel om wilde watervogels uit de buitenuitloop te verjagen.

 
 
 

Inloggen op de ledenportal