Boerderij: Kamer wil sneller vaccineren tegen vogelgriep

14-10-2022

Redactie

Mariska Vermaas

parlementair verslaggever

De Tweede Kamer wil sneller beginnen met vaccineren tegen vogelgriep. Dat blijkt tijdens een de debat in de Tweede Kamer.

D66-Kamerlid Tjeerd de Groot vindt dat er zo snel mogelijk begonnen moet worden met vaccineren tegen vogelgriep, ook al is het beschikbare vaccin suboptimaal. Hij wijst erop dat er met het Ceva-vaccin al meer dan 2 miljard dieren zijn gevaccineerd.

BBB, CDA en VVD zijn ook voor snelle vaccinatie tegen vogelgriep, maar stellen daarbij wel voorwaarden. Zo vinden ze dat het wel verantwoord moet gebeuren en dat de afzet van de producten van gevaccineerde dieren geregeld moet zijn, zodat boeren die hun dieren laten vaccineren niet met een onverkoopbaar product komen te zitten.

Adema: vaccineren tegen vogelgriep verantwoorde manier

Verantwoordelijk minister Piet Adema van Landbouw onderschrijft de wens om zo snel mogelijk te gaan vaccineren. “Maar wel op een verantwoorde manier”, benadrukt hij. De laboratoriumproeven met drie vaccins, waaronder het vaccin dat op grote schaal in Zuid-Amerika is gebruikt, zijn bezig. Zodra de resultaten daarvan gunstig zijn en vaccinatie effectief blijkt, wordt een veldproef opgezet. Dat zal in het voorjaar zijn, verwacht Adema. “We kijken dan ook heel voorzichtig of het vaccin dan ook in de praktijk kan worden ingezet”, zegt de minister. De eerste resultaten van de laboratoriumstudie verwacht hij in december.

De suggestie dat er morgen al gevaccineerd zou kunnen worden, is volgens Adema onjuist. “Het vaccin is in Europa niet toegelaten. De vaccinproducent zal daarvoor een aanvraag moeten indienen, dat kunnen wij niet doen”, aldus de minister. “We moeten ook kijken of het werkt en er geen schadelijke neveneffecten zijn.” Een eventuele toelatingsprocedure kan in dit geval sneller dan normaal, gezien de ernst van de situatie.

Afzet gevaccineerde dieren mogelijk maken

In de EU wordt bovendien gewerkt aan een nieuwe Europese verordening om de handel van gevaccineerde dieren mogelijk te maken. Die verordening wordt eind van dit jaar van kracht. Adema benadrukt dat er ook een goede communicatiestrategie aan toe moet worden gevoegd zodat afnemers ook weten dat er geen beperkingen zijn aan de afzet of consumptie van deze dieren.

Pluimveehouders worden verplicht in 2023 een bioveiligheidsplan te maken

Maatregelen tegen veedichtheid en bedrijven in risicogebieden

Landbouwminister Adema noemt de vogelgriepsituatie in Nederland ongekend ernstig. “Deze situatie is niet houdbaar voor dieren, voor veehouders en voor de maatschappij”, stelt de minister. Hij zet daarom in op het aanscherpen van het beleid. Het huidige beleid van vroege detectie, ruiming, verbetering van de bioveiligheid op bedrijven en het ontwikkelen van vaccinatie wordt opgeschaald. Pluimveehouders worden onder andere verplicht vanaf medio 2023 om een bioveiligheidsplan te maken.

Adema neemt ook extra maatregelen. “Eenvoudige nieuwe maatregelen zijn er voor de korte termijn niet. Anders waren die al ingezet”, zegt hij. Het kabinet gaat onder andere onderzoeken of en hoe nieuwvestiging en uitbreiding in risicogebieden kan worden voorkomen. Nu kan dat wettelijk nog niet. Adema onderzoekt of dit via de Wet Dieren of via wetgeving gericht op ruimtelijke ordening het beste en het snelst geregeld kan worden. Ook gaat Adema onderzoeken hoe de veedichtheid in gebieden verlaagd kan worden. “Het is niet houdbaar als we zoveel dieren preventief moeten blijven ruimen”, geeft hij als toelichting.

Bij de maatregelen hoort ook een gedegen effectanalyse bij, vindt Adema. “Het moet in de eerste plaats écht helpen. We moeten kijken naar de juridische houdbaarheid, de economische en financiële consequenties. We hebben het over bedrijven, boeren en gezinnen. Dat belang moeten we hier zwaar in meewegen, laat daar geen misverstand over bestaan. We moeten ook kijken naar draagvlak en uitvoerbaarheid”, vindt Adema. Hij wil dit samen aanpakken met de sector.

Lees ook: ‘Hygiëne voorlopig enige troef tegen uitbraken van vogelgriep’

 

EU wil 16-wekentijd opschorten

De Europese Commissie stelt voor de 16-wekengrens structureel te laten vervallen. In geval van ophokplicht kunnen vrije uitloopeieren dan nog gewoon als zodanig verkocht blijven worden. Het voorstel wordt momenteel besproken en kan nog dit kalenderjaar in gaan. Volgens minister Adema kunnen pluimveehouders er dan tijdens de huidige landelijke ophokplicht die 5 oktober werd ingesteld nog gebruik van maken.

Lees verder onder het kader

 
 

Inloggen op de ledenportal