Boerderij: Opinie: ‘Eendagshaantjes en de ethiek van boer en consument’13-04-2025
Jan Vroegindeweij – duovoorzitter van de Stuurgroep Eendagshaantjes – lijkt mij een heel vriendelijke man. Deze stuurgroep heeft als doelstelling het ‘uitfaseren van het doden van eendagshaantjes van legrassen’ waarvoor een ‘roadmap’ is gepresenteerd. Het is ambitieus, maar in 2026 moeten alle Nederlandse en Duitse tafeleieren ZED (Zonder Eendagshaantjes Doden) geproduceerd worden. Nu is, volgens Vroegindeweij, de retail aan zet om het ZED-ei te bestellen. Om niet jaarlijks 40 miljoen haantjes te hoeven doden, wordt het geslacht al in het ei vastgesteld. Als dat mannelijk is, wordt het ei vernietigd. Een soort abortus dus. Ook Vroegindeweij (uit Ochten) ziet dat zo en wil dat eigenlijk ook niet, leven in ontwikkeling doden. Geslachtsbepaling zou uiteindelijk op dag 0 van het broedproces moeten plaatsvinden, vindt Jan. Zover zijn we technisch nog niet. En ook met het ZED-ei loopt het allemaal ook nog niet geweldig. Er is, volgens Jan, geen pluimveehouder die voor ZED-hennen kiest (die dus uit eieren zijn gekomen, waarvoor geen haantjes zijn gedood) als hij er niet voor betaald krijgt.
Als het geld kost, speelt de ethiek bij boeren nu eenmaal geen enkele rol meer, ook niet in de Betuwe. De consument moet dat extra geld opbrengen. Bij 200 eieren per jaar kost dat € 4: minder dan €0,10 per week, volgens Jan. Dat valt dus wel mee. Met de winkeliers zijn nu gesprekken gaande. Die moeten overschakelen op ZED-eieren. Ook dat schiet nog niet erg op. Niet-ZED-eieren in de schappenVolgens mij staat of valt het hele proces met de vraag of niet-ZED-eieren verkrijgbaar blijven in de winkel. In Duitsland bijvoorbeeld is het doden van haantjes verboden, maar mogen niet-ZED-eieren wel worden geïmporteerd. Duitse broederijen zijn daardoor fors minder gaan omzetten. Het zou mij trouwens niet verbazen als die import vooral uit Nederland komt. Vroegindeweij wil zo’n verbod dus niet voor ons land, maar wil het succes van het ZED-ei laten afhangen van de markt. Is de consument bereid om meer (ook al is het dan niet veel) te betalen voor een ei waarvoor geen eendagshaantjes zijn gedood? Terwijl daarnaast in het schap een ei ligt dat goedkoper is? Ik geloof er niets van. Zelfs als je het uitgelegd krijgt – een groot informatiebord in de winkel bij de eieren – en een meer aansprekende naam zou weten te verzinnen, zullen consumenten denken: waarom zou ik moeten betalen voor iets dat de pluimveesector nu kennelijk nalaat wat in de eerste plaats al helemaal niet zou moeten gebeuren?
Jan Vroegindeweij is vriendelijk, maar ook naïef. Zoals veel boeren denkt hij: als ik stop met slechte dingen te doen, is het in orde. Een oplossing zou zijn: het aanbieden van niet-ZED-eieren verbieden. De pluimveehouders moeten de hogere kostprijs dan uit de markt halen. En de consument moet betalen, hij heeft geen keuze. Een tweede oplossing is: proberen het ZED-ei onder te brengen bij het enige zinvolle keurmerk dat er bestaat: Beter Leven. Dan heeft de consument een keuze en hij betaalt dan meer voor een fijner ei. En de Dierenbescherming is al een voorstander van ZED. Dat moet dus appeltje-eitje zijn. |