Boerderij: Elissa Lane (Global Food Partners): ‘Vraag en aanbod scharreleieren Azië afstemmen’

Tientallen foodretail- en horecabedrijven in Azië beloofden voor 2026 over te gaan van eieren uit legbatterijen op scharreleieren. De deadline nadert. Global Food Partners in Singapore neemt daarom het initiatief om vraag en aanbod van scharreleieren op elkaar af te stemmen met behulp van een kredietsysteem, vertelt CEO Elissa Lane.

Azië is ’s werelds grootste eierproducerende regio en verantwoordelijk voor 64% van de wereldwijde eierproductie. De meeste producenten richten zich op de beschikbaarheid van voedsel en dus op betaalbare productie. Eieren produceren in legbatterijen systemen is nog steeds de norm, maar er hangt verandering in de lucht. Veel grote bedrijven hebben toegezegd over te stappen op kooivrij geproduceerde eieren en -eiproducten. Unilever, Ikea, Hilton, Sodexo en tientallen vergelijkbare bedrijven hebben zich gecommitteerd aan een deadline van eind 2025. Anderen willen de overstap maken tegen 2030 of 2035.

Om aan de vraag naar scharrel- en vrije-uitloopeieren te voldoen, verhogen producenten in heel Azië hun productie. De markt is echter dynamisch. Vraag en aanbod komen niet altijd overeen, zowel qua volume als qua geografische ligging. Een kredietsysteem, geïntroduceerd door Global Food Partners (GFP), biedt een oplossing die zowel boeren als voedingsbedrijven ten goede komt. CEO Elissa Lane licht toe hoe dat systeem werkt.

“Veel eierproducenten zien kansen in de overstap naar kooivrije productie en zijn daarmee bezig. Een voorbeeld hiervan is de Nguyen Gia Livestock Coöperatie in Vietnam. Dit is een van de grootste eierproducenten van Noord-Vietnam. Deze loopt voorop in de grootste transitie naar scharreleieren in het land. GFP werkte samen met hen en belanghebbenden uit de hele voedingsindustrie om een ??100% kooivrije bedrijfsvoering te realiseren, te beginnen met een koppel van ongeveer 50.000 legkippen.’’

“Productie van scharreleieren en vrije-uitloopeieren is heel anders dan in legbatterijen. Het kan een ramp zijn als er geen goed management is. Het is niet voldoende om de kooien er simpelweg uit te trekken. In het verleden hebben we de lessen van de EU overgenomen en die in Azië geïmplementeerd. Tegenwoordig hebben we onze eigen aanpak op maat met demobedrijven in de regio. Als onderdeel van onze samenwerking biedt het Science and Extension-team van Global Food Partners praktische technische training en begeleiding. Daardoor worden bedrijven in staat gesteld om landbouwmethoden met een hoog dierenwelzijnsniveau toe te passen, bestaande faciliteiten te moderniseren, effectief scharrelmanagement te implementeren en internationale welzijnscertificering te behalen. Ons trainingscentrum, een bedrijf met 3.000 kippen in Indonesië, biedt training in best practices voor kooivrij management en productie. Het dient als modelbedrijf voor scharrelproducenten, evenals een onderzoeks- en ontwikkelingsfaciliteit.’’

“Azië is een enorme regio en het is moeilijk om lokaal aan de vraag te voldoen. Daarom hebben we ’s werelds eerste systeem voor de handel in eieren met credits ingevoerd. Dit systeem voor kooivrije eieren scheidt het ei van zijn welzijnsclaim. Het stelt horecabedrijven in staat hun gebruik van conventionele eieren te compenseren door certificaten voor kooivrije eieren te kopen. Met de hogere prijs die de producent voor de certificaten krijgt, ondersteunen ze investeringen van lokale boeren in gecertificeerde kooivrije productie met een hoger welzijnsniveau.”

“De regeling biedt een aanpak die twee kanten op kan. Ten eerste kunnen voedingsbedrijven gecertificeerde, fysieke kooivrije eieren rechtstreeks van de bedrijven kopen. Ten tweede kunnen bedrijven hun kooivrije verplichtingen nakomen door zogenaamde Impact Incentives te kopen. Dit zijn credits die de kooivrije productie en de transitie ernaar direct ondersteunen. Bij deze tweede aanpak blijven voedingsbedrijven conventionele eieren gebruiken, maar betalen ze voor de kooivrije certificaten. Omdat er een scheiding is tussen het ei en de welzijnsclaim, moeten de kooivrije eieren als conventioneel worden verkocht tegen een lagere prijs. De boer krijgt echter de premie via de certificaten.”

‘Nu de deadline nadert, voelen de voedingsbedrijven de druk om in te grijpen’

“Nu de deadline voor de kooivrije doelstellingen nadert, voelen de voedingsbedrijven de druk om in te grijpen. Dat betekent dat de vraag groot is. Voor een pluimveehouder in het uitgestrekte Azië kan het echter ontmoedigend zijn om enorme investeringen te doen in scharrelproductie zonder toegang tot een koper. Met de certificaten is er geen fysieke handel meer nodig. Het garandeert wel een premie van 20% tot 40% voor scharreleieren, ongeacht hoe je ze verkoopt of waar je ze produceert. Voor de voedingsbedrijven is er ook een voordeel: ze kunnen hun eieren lokaal inkopen, wat logistieke kosten bespaart. Ook kunnen ze eieren als kooivrij ‘merken’ via certificaten die in een andere regio of zelfs een ander land in Azië zijn gekocht. Dierenwelzijnsorganisaties zijn enthousiast over dit systeem.”

“In onze gesprekken met voedingsmiddelenbedrijven horen we dat zij de voorkeur geven aan fysieke levering van scharreleieren. We moedigen hen inderdaad aan om waar mogelijk scharreleieren te kopen, maar voorlopig voorzien onze credits in een behoefte. Idealiter zou er binnen drie tot vijf jaar een verschuiving naar fysieke scharreleieren plaatsvinden. Steeds meer eierproducenten zien de voordelen in van de overstap en ze zien de beschikbaarheid van eieren in de regio waar ze actief zijn. Het goede nieuws is dat we dankzij onze Impact Incentives al zien dat boeren vol vertrouwen overstappen op productie van scharreleieren. Dat gaat gepaard met de positieve impact op het dierenwelzijn.’’