Boerderiji: Kennismakelaar Pluimveehouderij: ‘Behoefte aan vaktechnische scholing’

Als Kennismakelaar Pluimveehouderij wil Dineke Rietveld een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de sector en het verstevigen van de internationale koploperspositie en voorbeeldfunctie. Het aanbieden van kwalitatief goed pluimvee-onderwijs – een belangrijke basis voor deze doelstelling – is uitdagend. “Dat vraagt om een goede onderlinge samenwerking.”

Als Kennismakelaar Pluimveehouderij zet Dineke Rietveld zich in om kwalitatief goed en betaalbaar pluimvee-onderwijs aan te blijven bieden. Met een passie voor training en scholing speelt ze daarbij een verbindende en praktische rol. Samen de schouders eronder zetten en tot resultaat komen, dat is waar ze voor staat.

“Ik ben er voor de pluimveehouders en hun medewerkers. Zij hebben vragen over ontwikkeling, (bij)scholing en de arbeidsmarkt. Ik ontwikkel en lanceer cursussen en trainingen. Ik kan pluimveehouders en hun medewerkers hierover adviseren en eventueel ook doorverwijzen. Als kennismakelaar heb ik een loketfunctie.”

“Samen met een klankbordgroep met afgevaardigden van LTO/NOP, NVP en COBK kijken we ieder jaar hoe we kunnen inspelen op behoeften en ontwikkelingen in de sector. We zien dat er behoefte is aan vaktechnische (bij)scholing en ontwikkeling. Daar word ik regelmatig door pluimveehouders over gebeld. De pluimveehouderij bestaat uit verschillende deelsectoren. Het is uitdagend om voor een kleine deelsector als vermeerdering vlees een cursus op maat aan te bieden. Het aantal deelnemers is vaak niet toereikend. Onlangs hebben we wel met succes een leuke cursus leg afgesloten.”

“De praktische cursus bestond uit vier dagen, waarbij iedere keer één thema centraal stond. Op de eerste cursusdag kwam de gezonde kip aan de orde. We hebben het gehad over kipgedrag en -signalen. De tweede cursusdag stond in het teken van het optimaliseren van het stalklimaat. Op dag drie ging het over voeropname en voerbenutting en tot slot hebben we de anatomie en selectie behandeld. We hadden zes cursisten, die ieder € 1.040 inschrijfgeld (exclusief btw, red) betaalden. Het is de prijs die nodig is om een kwalitatief goede cursus aan te bieden. Voor medewerkers is het mogelijk om via Colland Arbeidsmarkt subsidie aan te vragen.”

“De deelnemers reageerden positief. We hadden een kleine groep, waardoor er veel ruimte was voor het stellen van vragen. Dat vind ik belangrijk. Als cursusdeelnemer ben je ook verantwoordelijk voor je eigen leeropbrengst. De cursisten kwamen telkens op een andere locatie bij elkaar, zoals bij een ventilatiespecialist en een dierenartsenpraktijk. De cursus was praktisch ingestoken. We hebben de cursisten wekelijks met opdrachten naar huis gestuurd. De deelnemers hebben bijvoorbeeld rookproeven gedaan en sectie gepleegd.”

Als cursusdeelnemer ben je ook verantwoordelijk voor je eigen leeropbrengst

“Ik ben dagvoorzitter. Mijn werk speelt zich met name af aan de voorkant. Ik kijk naar de wensen van de cursisten en de randvoorwaarden. Wat wordt in de sector belangrijk gevonden en welke input kan er worden geleverd? Ik stel het programma samen en benader sprekers en experts.”

“Voor vleeskuikenhouders en hun medewerkers is een cursus bij Aeres belegd. Als kennismakelaar kijk ik goed naar datgene wat er al beschikbaar is. De sector is te klein om elkaar vliegen af te vangen. Het is juist belangrijk om samen te werken.”

“Het landschap is overzichtelijk. We lopen niet over qua aanbod. Op het mbo kunnen studenten voor pluimvee terecht bij Aeres of Yuverta. Hbo-opleidingen zijn er in Dronten en Den Bosch. Daarnaast heb je ook nog Wageningen University & Research (WUR). Bij instanties als Schothorst Feed Research en Royal GD komen specifieke thema’s aan bod. Het is een uitdaging om kwalitatief goed en betaalbaar pluimvee-onderwijs aan te kunnen blijven bieden. Dat vraagt om verbinding, over bestaande instituten heen. Dat is niet altijd gemakkelijk.”

“Ik voer gesprekken met aanbieders van pluimvee-onderwijs. Voor hen is het een uitdaging om samen te werken. De pluimveesector wordt kleiner. Het aantal mensen dat voor een pluimvee-opleiding kiest, neemt af. Dat is nog maar een beperkte groep. Tegenwoordig zien we veel meer zij-instromers. Dat vraagt om een andere aanpak. Ondertussen wordt er steeds meer van medewerkers verwacht. Het is uitdagend om kwalitatief goed aanbod te hebben dat aansluit bij de praktijk. Dat vraagt om een goede onderlinge samenwerking.”

“Haha, ik zou er mijn week wel mee kunnen vullen. Mijn tijd is beperkt. Ik moet mijn uren efficiënt inzetten. Waar is behoefte aan, wat speelt er en wat is er nodig?”

“Ja, dat is een populaire cursus die we dit jaar al twee keer hebben gedraaid. In september starten we voor de derde keer, met maximaal twaalf deelnemers. In januari hebben we voor het eerst een Engeltalige cursus aangeboden. Steeds meer broederijmedewerkers zijn van niet-Nederlandse komaf. De cursisten kwamen overal vandaan; van Syrië tot Portugal en van Oekraïne tot Zwitserland.”

“De vaktermen vragen sowieso aandacht, zeker als ze in het Engels worden behandeld. Daarnaast is het zaak om in te spelen op cultuurverschillen. Daar houden we rekening mee. We willen aansluiten bij de belevingswereld van cursisten. Binnen dit internationale gezelschap waren de verschillen groot. Het was een gemengde groep, met grote verschillen op het gebied van leeftijd, werkervaring en functieschaal. Door een praktische cursus aan te bieden, willen we de kennis van iedere deelnemer vergroten.”