Boerderij: Kees de Jong: ‘Verantwoordelijkheid pakken in salmonella-bestrijding’

16-10-2025

Redactie

Fabian Brockotter

Hoofdredacteur Pluimveehouderij

“Als voedselproducenten hebben wij de intrinsieke motivatie om zo veilig mogelijk eten op tafel te zetten”, stelt LTO/NOP-voorzitter Kees de Jong. Het deed hem dan ook goed dat hij tijdens de ledenbijeenkomsten in Assen, Barneveld en Asten op brede instemming kon rekenen als het gaat om het sectorplan om Salmonella Enteritidis bij leghennen aan te pakken.

Besmetting van leghennen met salmonella was jarenlang tussen de 1 en 2%. In 2013 en 2018 lag het onder de 1%, in 2011 iets boven de 2%. De Europese doelstelling ligt op 2%. In 2023 was 3,5% van de koppels besmet, vorig jaar 4%. “Sinds we in 2023 de verhogingen zagen, lag de focus op het vinden van een mogelijke bron en oorzaak van die verhoogde besmettingen. Maar nu moeten we onze verantwoordelijkheid pakken en dat doen we ook. Wij hebben een plan gepresenteerd aan het ministerie en gaan zo snel mogelijk over tot uitvoering, we mikken op 2e helft oktober’’, aldus De Jong.

Serieus probleem voor leghennensector

Volgens hem heeft de leghennensector te maken met een serieus probleem. “Onderzoek heeft uitgewezen dat we niet met één bron, maar wellicht wel met tien brandhaarden te maken hebben. Het gaat dus niet meer om het repareren van de spreekwoordelijke dijk, maar om algehele dijkverzwaring. Gelukkig zien onze leden de noodzaak van stevige aanpak ook, en dat stemt mij positief als het gaat om uitvoering en naleving van opsporing en preventie.’’

De sector heeft aan het ministerie voorgesteld om vanaf minimaal 24 weken met de eerste overschoentjes te lopen, gevolgd door monstername elke acht weken. Vanaf 65 weken volgt monstername elke vier weken. “Bij een positieve monstername pakken we door’’, stelt De Jong. Rondom koppels die besmet zijn, gaat op dat bedrijf het hygiëneprotocol voor bezoekers gelden dat ook bij vogelgriep geldt. Dat wil zeggen: extra hygiënemaatregelen. Eieren mogen niet meer naar het pakstation, maar gaan rechtstreeks naar de brekerij. Mocht het zo zijn dat een vrachtwagen niet vol kan laden op het besmette bedrijf, dan laadt hij het laatst op het besmette bedrijf. Na het lossen op de brekerij worden alle verpakkingsmaterialen en de vrachtwagen gereinigd en ontsmet.

Bij een positieve monstername pakken we door

Om besmettingen in zittende koppels te voorkomen, is voorgesteld om tussen de 50 en 60 weken een vaccinatie tegen SE te doen, met daaropvolgend een maximale interval van 30 weken. “Dit past zo efficiënt mogelijk bij de praktijk van zowel bruine als witte koppels.’’

Bovendien wordt voorgesteld dat er in de opfok wordt afgeënt met een geïnactiveerd vaccin. “Dit gebeurt nu al in Duitsland. In Nederland zagen we de afgelopen tijd al dat meer en meer pluimveehouders het op vrijwillige basis laten uitvoeren. Een verplichting kan ertoe bijdragen dat we de besmettingen weer onder controle krijgen, voor ons als sector, maar ook om onze verantwoordelijkheid te nemen voor de volksgezondheid.’’

 
 

Inloggen op de ledenportal